Niet-broedvogels

Niet-broedvogels zijn alle vogelsoorten die tijdens het broedvogelseizoen zijn gezien en/of gehoord, maar volgens de BMP-methode voor broedvogelonderzoek niet aan de criteria voldoen om te worden aangemerkt als broedvogel. Dit betreft bijv. vogels die in de Landschapszone hebben overwinterd, of vogels die op doortrek zijn en tijdelijk pleisteren in de Landschapszone.

Deze paragraaf geeft géén volledig beeld van de niet-broedvogels die gedurende najaar en winter in de landschapszone verblijven! Er worden alleen wat opmerkelijke soorten genoemd die tijdens het broedvogels tellen zijn gezien in de maanden maart-juni van 2018, 2019 en 2020.

Een overzicht van (bijna) alle vogelsoorten die in de Landschapszone (door derden) zijn waargenomen staat op waarneming.nl. Dit overzicht op waarneming.nl kan om twee redenen wel een iets vertekend (te rooskleurig) beeld geven:
– als de waarnemer zich bevindt op de Westdijk en met een app op de telefoon waarnemingen invoert, dan worden waarnemingen ‘toegerekend’ aan de Landschapszone, terwijl de vogels zich soms buiten de Landschapszone bevinden;
– niet alle waarnemingen zijn betrouwbaar. Veel waarnemingen, met name ook van zeldzamere soorten, zijn niet deugdelijk onderbouwd en daarom niet gevalideerd en niet goedgekeurd. Desalniettemin geeft de website een indruk van de diversiteit aan vogels die gebruik maken van de Landschapszone.

Aalscholver
De Grote Wetering is geschikt foerageergebied voor de Aalscholver, vermoedelijk niet-broedvogels en vogels afkomstig uit kolonies langs de IJssel.

Grote zilverreiger
In voorjaar en zomer zijn een enkele keer Grote Zilverreigers aanwezig, tot max. 4 ex tegelijk. in de Hoogwatergeul verblijven er in het winterhalfjaar soms tientallen tegelijk, met name in muizenrijke jaren.

Blauwe reiger
Gedurende alle maanden van het jaar vertoeven enkele ex. Blauwe reiger foeragerend in de Landschapszone, zowel subadulte als volwassen vogels. Broedt langs de IJssel.

Lepelaar
Een enkele keer is de Lepelaar foeragerend gezien in de poelen of het nat schraalland in de Landschapszone. Een daarnaast is de soort met name ook gezien in het weidevogelgebied van het Wapenveldsche Broek, daar waar de weidepompen grasland inunderen. Incidenteel is de Lepelaar ook broedvogel langs de IJssel, wellicht is dit de herkomst van de Lepelaars.

Kolgans
Een aangeschoten Kolgans verbleef in maart-april 2020 ten Zuiden van de Kerkdijk.

Smient
Elk jaar zijn er met name tot eind maart nog groepen tot 115 ex. Smienten rustend op de Grote Wetering. Daarna tot half april nog enkele paartjes die wat langer in het gebied blijven. De Smient broedt hier echter niet.

Overige eenden
Er zijn incidentele waarnemingen gedaan van een paartje Krooneend, twee mannetjes Tafeleend en twee keer een vrouwtje Nonnetje in de Grote Wetering. Vooral in april worden nog wel enkele paartjes Wintertaling pleisterend waargenomen, met name in 2018.

Grote wetering en Landschapszone als winters tafereel. 13 februari 2021. In de Landschapszone overwinteren
in ieder geval een één tot tweehonderd Smienten en een handvol Grote zaagbekken en Nonnetjes.

Roofvogels
Los van de vier soorten (incidenteel) broedende roofvogels (Buizerd, Boomvalk, Torenvalk en Sperwer) zijn er nog acht andere soorten roofvogels gezien. Dit zijn Wespendief, Zeearend, Bruine kiekendief, Blauwe kiekendief, Havik, Visarend, Smelleken en Slechtvalk.

De Bruine kiekendief jaagt geregeld in mei en juni in de Hoogwatergeul ter hoogte van het Wapenveldsche Broek en tipt soms de Landschapszone aan, eenmaal waren er zelfs een mannetje en vrouwtje tegelijk in de Landschapszone. De Blauwe kiekendief is een overwinteraar, die wordt tot half april jagend gezien, soms twee tegelijk, ook wel adulte mannetjes. De Slechtvalk is met name in april en mei in de hoogspanningsmasten gezien en ook wel roepend gehoord. De Bruine kiekendief en Slechtvalk zijn vermoedelijk broedvogels uit de wijde omgeving.

Steltlopers
Tijdens het broedvogels tellen zijn naast de steltlopers die broedvogel zijn in de Landschapszone nog eens negen andere soorten steltlopers gezien. Sommige een enkele keer, andere soorten frequenter. Dit zijn: Goudplevier, Kemphaan, Bokje, Grutto, Regenwulp, Groenpootruiter, Witgat, Bosruiter en Oeverloper. Ook de Watersnip (eenmalig broedvogel) pleistert in het voorjaar hier en daar in het gebied geregeld bij de poelen.

De Grutto is een broedvogel net buiten de Landschapszone, met name in het Wapenveldsche Broek. Hier broedt een onbekend-klein aantal Grutto’s dankzij het specifieke weidevogelbeheer. In het Wapenveldsche Broek staat een aantal weidepompen die een plas-dras-situatie creëren. Om delen van het weidegebied worden schrikdraadrasters gezet tegen predatie door Vossen. Er worden ook nesten gezocht en gemarkeerd. En het maairegime is aangepast. Er wordt pas in juni gemaaid. De Grutto komt niet voor in de Landschapszone.

De Witgat en de Oeverloper zijn twee vogels die elk voorjaar pleisteren in de Landschapszone. De Witgat pleistert vooral aan de oevers van de poelen, de Oeverloper foerageert vooral op de oevers van de Grote Wetering. Zie de verspreidingskaartjes.

Waarnemingen Witgatjes 2018-2020, zowel op de oever
van de Grote Wetering als in de gegraven poelen.

Waarnemingen Oeverloper 2018-202, vooral langs de Grote Wetering en minder in de gegraven poelen.

Meeuwen
In en bij de Landschapszone zijn de volgende soorten meeuwen waargenomen: Zwartkopmeeuw, Kokmeeuw, Stormmeeuw, Kleine mantelmeeuw en Zilvermeeuw.

De Kokmeeuw is met name in de zomermaanden ook wel aanwezig. Ze gedragen zich zo nu en dan als territoriale vogels, met name in het nat schraalland. Ze zijn niet meegeteld als ‘broedvogel’, gebroed wordt/is er in de periode 2018-2020 zeker niet. Er foerageren ‘midden in het broedseizoen’ ook wel grotere groepen Kokmeeuwen in de graslanden.

Visdief
Iets vergelijkbaars geldt voor de Visdief. Ook deze soort is in bijv april. mei en juni geregeld aanwezig. Er wordt door Visdieven vooral gefoerageerd boven de Grote Wetering. Soms rusten de Visdieven op de nog kale grond van een maisakker. Mogelijk betreft het broedvogels van de IJssel of het dak van een bedrijfshal ergens in de omgeving, bijv. in Wijhe?

Uilen
De Ransuil broedt soms binnen en soms buiten de Landschapszone. Andere uilen die in de jaren 2018-2020 bij (incl. net buiten) de Landschapszone voorkomen zijn: Kerkuil, Steenuil en Velduil.

De Kerkuil en Steenuil zijn hier en daar als broedvogel aanwezig bij bebouwing buiten de Landschapszone. De Kerkuil foerageert wel eens in de Landschapszone. De Steenuil niet, die is meer aan erven gebonden en heeft een hele kleine actieradius. Territoria van de Steenuil bevinden zich juist buiten de Landschapszone, onder meer aan de De Doornbos, de Hogestraat en de Assendorperstraat. De twee faunatorens in de Landschapszone zijn onder meer voor de Steenuil geplaatst. Los van de vraag of de torens qua ontwerp voor een Steenuil wel aantrekkelijk zijn, staan ze op een verkeerde plaats. De torens staan beide in een bosrand en de Landschapszone oefent sowieso geen aantrekkingskracht uit op Steenuilen, wat toch meer vogels van een halfbesloten landschap met bebouwing zijn. Hoewel met de inrichting van de Landschapszone beoogd is de Steenuil in de kaart te spelen is dit niet gelukt.

De Velduil broedde in de Hoogwatergeul in de jaren 2018 en 2019, twee muizenrijke jaren. Van deze broedgevallen is niet veel terecht gekomen door menselijke verstoring. Foeragerende Velduilen zijn in die jaren een enkele keer waargenomen nabij de Landschapszone.

Gierzwaluw
Af en toe foerageren er enkele Gierzwaluwen boven de Grote Wetering. Vermoedelijk betreft het broedvogels uit de bebouwde kom van Heerde of een ander dorp met geschikte broedgelegenheid in de vorm van oude, steile daken van gebouwen.

IJsvogel
Er zijn ten tijde van het broedvogelonderzoek in 2018-2020 wel IJsvogels gezien. Er is echter helaas géén sprake van territoria of broedgevallen. Het beheerplan uit 2017 vermeldt de IJsvogel als broedvogel van het populierenbos. Een IJsvogel is in staat te broeden in wortelkluiten van omgevallen bomen, die liggen er wel enkele. In de jaren 2015-2017 waren er in Nederland ruim 1.000 broedparen. De vorst in februari/maart 2018 bracht de stand met de helft terug, wat de kans op vestiging in de Landschapszone verkleinde. De Landschapszone is marginaal geschikt voor de IJsvogel door het nagenoeg ontbreken van nestgelegenheid, bijv. in de vorm van een steile oever. De opslag van jonge bomen en struiken maakt dat hier en daar oevers van water wel geschikt worden als foerageergebied. Het is afwachten of de IJsvogels zich eens ergens vestigt. Het aanleggen van een steile oever of gronddepot zou dit kunnen versnellen. Ook het tolereren van enige boomgroei op de oevers van de Grote wetering speelt de IJsvogel in de kaart.

Huiszwaluw
Huiszwaluwen foerageren veelvuldig boven de Grote Wetering. Pal ten Westen van de Grote Wetering ligt een boerenbehuizing met onder één daklijst een grote kolonie van wel minimaal 80 nesten.

Waterpieper
Een enkele keer is een Waterpieper gezien. Het is een overwinteraar uit de Alpen, die graag bij open water met modderige plekken vertoeft. Het verdient aanbeveling beter op deze vogelsoort te letten. De Landschapszone lijkt hier en daar geschikt voor een slaapplaats van deze vogel.

Paapje en Tapuit
Het Paapje en de Tapuit zijn in voorjaar en nazomer typische pleisteraars. Het Paapje houdt van bloemrijke graslanden en de Tapuit juist van open, weinig begroeid terrein zoals de Westdijk bijna altijd is. De Paapjes en Tapuiten foerageren vanaf het prikkeldraad en ruige vegetatie aan de voet van de Westdijk of er bovenop. Het Paapje vertoonde in de jaren 2018, 2019 en 2020 alle jaren territoriaal gedrag, zoals zang en de aanwezigheid van een broedpaar in potentieel geschikt broedbiotoop. Alleen in 2020 was de aard van de waarnemingen voldoende om van een territorium te spreken. Uitgerekend in een stuk van de Landschapszone met een fraaie bloemrijke vegetatie. De Tapuit is puur en alleen op doortrek in de Landschapszone.

Het hekwerk dat de Landschapszone scheidt van het talud van de Westdijk is een geschikte pleisterplaats voor Paapjes en Tapuiten. Die worden hier op doortrek gezien. De palen en het draad worden gebruikt als uitzichtpost om op insecten te jagen. 24 mei 2019.

Beflijster
Behalve Kramsvogel en Koperwiek wordt de Beflijster gezien, met name in de maand april. Enkele malen zijn pleisterende Beflijsters gezien bij de Broekstraat op een akker. Deze vogels zijn op doortocht naar de toendra’s in Scandinavië en onderbreken hun reis om te foerageren op kaal, open terrein.

Raaf
Opmerkelijk is het heen en weer pendelen van de Raaf, waarschijnlijk tussen de Veluwe en het IJsseldal. Zo nu en dan wordt één Raaf gezien die over de Landschapszone heen vliegt. Eenmaal vloog een paar met drie jongen over.

Vinken
De Landschapszone is niet erg geschikt voor vinkachtigen. In ieder geval Keep, Sijs, Kleine Barmsijs en Appelvink zijn waargenomen als niet-broedvogel. De binding met de Landschapszone is er niet of nauwelijks. Eenmaal zat er een paar Appelvink met uitgevlogen juvenielen in het populierenbos aan de Revelingseweg/Breeweg. Het lijkt om broedvogels uit de omgeving te gaan, die na het uitvliegen in de omgeving rondzwerven.